Het gebeurt niet vaak dat een verlies al ingecalculeerd is, maar dat was dit keer wel zo. We speelden thuis tegen de koploper, LSG 2, en verloren met 3.5-4.5. Zij zijn oppermachtig in klasse 3D, met een overweldigende ratingvoorsprong op alle borden (gemiddeld 150 punten meer per bord!), dus een kleine nederlaag is bepaald geen schande.
Complimenten voor Coen en Ruben en Tom, die wonnen, en voor Timon die een remise binnenhaalde. Coen had een mooie aanval met een verrassend Dxe6. Ruben drukte zijn tegenstander in de hoek en liet zien dat hij ook kan aanvallen. Tom rommelde wat met pionnen, paarden, lopers en nog zo wat en had ineens gewonnen. En Timon hield alles onder controle door nauwkeurig spel.
Jesper redde het niet met een toren en loper tegen een dame. Reins tegenstander was een maatje te groot. Frans moet iets gemist hebben. En van Theo weet ik het niet.
Het eerste won van de concurrent en is op weg naar het kampioenschap. Het was mooi om te zien hoe de nieuwe aanwinst Mads Andersen zijn waarde bewees, zodat het toch een mooie middag was!
- Martin Roobol (2305) – Jesper de Groote (2209) 1-0
- Rein Brouwer (2066) – Stefan van Blitterswijk (2324) 0-1
- Raoul van Ketel (2227) – Frans Borm (2159) 1-0
- Timon Brouwer (1991) – Alexander Polak (2145) 0.5-0.5
- Michiel van Wissen (2234) – Ruben Hilhorst (2011) 0-1
- Coen van der Heijden (2053) – Peter Passenier (2146) 1-0
- Justin Senders (2015) – Theo Slisser (1952) 1-0
- Tom de Ruiter (1992) – Chris Roosendaal (2126) 1-0
Hieronder het einde van de partij van Ruben.
Van Wissen,Michiel – Hilhorst,Ruben
Ruben offert toren op g2!
Wit speelde hier (zie diagram) Lb5 om met Lxd7 de druk van de stelling te halen. In plaats van Lb5 had wit g4 moeten spelen. Dat verzwakt de koningsstelling, maar wit kan zich nog verdedigen. De zet Lb5 voelde niet goed, maar ik zag de weerlegging niet meteen. Zwart kan Pe5 spelen en staat dan goed, maar het is niet uit. Op zoek naar iets geforceerds zag ik dat Txg2 in alle varianten wint. 18…Txg2! 19.Lxd7+ [De pointe van de combinatie is 19.Kxg2 Tg8+ 20.Kh1 Dxb5 21.Dxb5 Lxf3 mat; en na 19.Kxg2 Tg8+ 20.Kh1 Dxb5 21.De4 f5 22.De3 Dc6 is de penning dodelijk.] 19…Kxd7 20.Pe5+ fxe5 [Zelfs beter is 20…Lxe5 21.Dd3+ Ke8 22.Dxd8+ Kxd8 23.Kxg2 Dc6+ 24.f3 Lxc3 25.bxc3 Dxc3] 21.Dxh5 Txf2 22.Txf2 [Een betere praktische kans is Dg4, al blijft zwart gewonnen staan met actief spel 22.Dg4 Dc6+ 23.Kg1 Txc2 24.Txf7+ Kc8 Zwart heeft dreigingen met Lc5 en e5-e4. Bijvoorbeeld 25.Le1 e4 26.Lg3 Lc5+ 27.Kh1 e3+ 28.Df3 Dxf3+ 29.Txf3 e2 en er dreigt Td1] 22…Dxf2 23.Td1 [Andere zetten helpen ook niet, bijvoorbeeld 23.Tg1 e4 24.Tg2 Df1+ 25.Tg1 Df4 met aanval] 23…Tg8 24.Txd6+ Kxd6 25.Dxe5+ Kd7 26.Db5+ Kc8 27.Dc4+ Kb8 28.Le5+ Ka8 29.Lg7 Een laatste val. Na even nadenken vond ik Dg3 het beste antwoord. Als de loper weggaat is het mat. In plaats van Dg3 was Td8 ook goed. 29…Dg3 0–1
