BSG – LSG 3½ – 6½


In navolging van Black Friday hadden we afgelopen KNSB onze eigen Black Saturday. BSG deed heel veel in de aanbieding wat LSG dankbaar aanvaardde.

BSG keek door twee vooruitgespeelde partijen tegen een achterstand aan van 1½-½. Alexander had in zijn vooruitgespeelde partij steeds het initiatief. Rond de veertigste zet won hij een stuk. Tegenstander Casper Schoppen had echter te veel pionnen voor zijn stuk veroverd en kon remise houden. Frank verspeelde tegen Mark van der Werf op enigszins knullige wijze een stuk en kon meteen opgeven.

Zoals gewoonlijk had LSG zijn opstelling flink door elkaar gehusseld. BSG deed hier echter niet voor onder. Zo speelde ondergetekende nog aan een hoger bord dan Nikolic bij LSG. Aan het tweede bord produceerde hij tegen Edwin van Haastert een salonremise waar wijlen Robbie Hartoch jaloers op zou zijn. De spelers konden vrij vroeg naar de bar en de mooiste zetten kwamen in de analyse op het bord.

De volgende witspeler die het snel voor gezien hield was Robert. De Magnus Carlsen-zet 2.Lf4 is geen garantie op voordeel. Als je partijen van Carlsen daarmee ziet lijkt het allemaal zo gemakkelijk. Eelke Wiersma bereikte echter moeiteloos gelijk spel.

Niet veel later had onze Spaanse eerstebordspeler een halfje gescoord. Arthur Pijpers leek heel scherpe bedoelingen te hebben met Lg5, Dd2 en 0-0-0. Maar na …e5 en dameruil had zwart voldoende verdedigingsmogelijkheden.

Henk ziet de bui al hangen. Foto: Frans Peeters.

Henk had zijn favoriete Schotse opening op het bord. Ik vind dit altijd een moeilijke opening. Wanneer speel je wel f2-f4, wanneer speel je Pc3 of Pd2, wanneer speel je …Lg7 of …Lb4? Allemaal ingewikkelde beslissingen. Een kans op voordeel had Henk als hij op zet vijftien naar de lange kant had gerokeerd. Nu kreeg Jan-Willem de Jong de kans om de boel open te breken en zijn zogenaamde slechte loper van b7 werd een kanjer. Een zeer geraffineerde switch 19…Tfb8 maakte een fraaie tactische wending mogelijk.

Ondertussen zat Thomas te zweten tegen Nikolic. Hij verloor (offerde?) een pion in de populaire Ragozin-opening. Tegen Nikolic is dat geen picknick. Die haastte zich niet, versterkte rustig zijn stelling en op een gegeven moment kon Thomas geen zinnige zet meer verzinnen en ging heel relaxed door zijn vlag.

De teamleider zit eveneens met de handen in het haar. Foto: Frans Peeters.

Ook Ewoud kon een eindspel niet keepen. In de opening had hij een belangrijk tempo verloren (10…Tb8). Dit kwam zijn stelling niet ten goede. Hij verloor een pion voor wat vage compi, maar witspeler Michiel Bosman hield heel netjes controle over de stelling en in het verre eindspel.

De enige BSG’er die voordeel met de witte stukken kreeg was Li. Vanuit een Réti kreeg hij snel een aangename drukstelling tegen Rudy van Wessel. Opmerkelijk was het aantal paardzetten van de witspeler (maar liefst tien van de eerste zestien zetten waren paardzetten). Li huppelde vrolijk met zijn paarden door de zwarte stelling. Toen stond hij wel gewonnen. Dat deed me een beetje denken aan de Van Geet-opening waar Van Geet ook altijd aan het rondspringen was met zijn paarden.

Toen Li nog een ernstige verzwakking kon uitlokken (15…f5) was het in hogere zin uit. Op een gegeven moment haperde de machine een beetje. Zwart wikkelde nog af naar een ongelijk lopereindspel, maar de twee pionnen achterstand was net even te veel van het goede.

Li redt de Bussumse eer. Foto: Frans Peeters.

Een heel interessant gevecht was tussen Jelmer Jens en Florian Grafl. Voor Florian was dit zijn debuut voor BSG. Wits vijfde zet Tg1 (het pionoffer van Shirov met 5.g4 is ook boeiend) tegen de Philidor was ongetwijfeld geïnspireerd door een recente partij van Giri. Door goed positioneel spel won Jelmer een pion, maar het was verre van gemakkelijk en zwart wist door het nodige kunst- en vliegwerk tegenspel te krijgen hetgeen resulteerde in een herhaling van zetten.

Daarmee werd de eindstand 3½-6½ in het voordeel van LSG. Volgende wedstrijd zal BSG moeten gaan vlammen in Den Bosch.

BSG (2354) – LSG IntelliMagic (2423) 3½-6½
1. David Pardo Simon (2472) – Arthur Pijpers (2464) ½-½
2. Ton van der Heijden (2299) – Edwin van Haastert (2436) ½-½
3. Thomas Willemze (2410) – Predrag Nikolic (2590) 0-1
4. Henk van der Poel (2227) – Jan-Willem de Jong (2434) 0-1
5. Ewoud de Groote (2305) – Michiel Bosman (2374) 0-1
6. Alexander van Beek (2229) – Casper Schoppen (2421) ½-½
7. Frank Erwich (2353) – Mark van der Werf (2369) 0-1
8. Li Riemersma (2438) – Rudy van Wessel (2403) 1-0
9. Florian Grafl (2381) – Jelmer Jens (2413) ½-½
10. Robert Ris (2421) – Eelke Wiersma (2327) ½-½

Ton van der Heijden

Tags: , ,

Comments & Responses

Geef een reactie