BSG was voor de derde ronde ingedeeld tegen de Franse club Bois-Colombes. Op papier een zwakker team waardoor BSG op alle borden een ratingoverwicht had. Dit was vooral te merken op het laatste bord waar een speler met minder dan 1700 was opgesteld. Toch was het team niet te onderschatten met twee sterke FM’s en een voornamelijk jeugdige bezetting.
Airport security check voor de speelzaal om telefoons te onderscheppen.
Al snel kwamen we op voorsprong doordat Alexander op bord 6 zijn overwicht van 600 elopunten wist om te toveren in een snelle overwinning, de partij duurde maar 13 zetten. Op de andere borden was de openingsfase toch minder succesvol voor BSG. Li speelde op bord 1 een scherpe Alapin met zwart. Qua pionnenstructuur geen probleem maar de koning kwam wel al snel op de tocht. Het resultaat was een toreneindspel met twee pionnen minder.
Thomas Dionisi – Li Riemersma. Stelling na 21.Dxe6+
Vanwege de verzwakte onderste rij moet de koning naar f8, waardoor zwart na 21…Kf8 22.Dd6+ Pe7 23.fxe7+ het stuk weer terug moet geven.
Op dat moment ging het ook bij de andere borden niet de goede kant op. De tegenstander van Ewoud was met zonnebril en een pokerattitude aan de partij begonnen. Met wit bereikte hij dan ook al snel een slechtere stelling. Ewoud had goed de zwakke zwarte velden benut en kwam in een positie met veel luxe. Het gevaar loert juist wanneer je het niet verwacht. Wit keek waarschijnlijk maar naar één plan en wist dit te benutten na een onnauwkeurige zet.
Oscar Tardi – Ewoud de Groote. Stelling na 22.dxc4.
22…Tfe8?! 23.Txf6! Opeens is het zwart die zich zorgen over de zwarte velden moet maken. Ewoud vocht nog door maar wist het tij niet te keren. Dus nu stond er een 1–1 stand op het bord.
Ewoud zonder zijn pronkstuk.
Thomas kwam prima uit de opening. Ondanks de dameruil op zet 11 had zwart genoeg spel om zijn tegenstander te overklassen. Thomas ruilde de goede stukken en kon wit erg onder druk zetten.
Elliot Papadiamandis – Thomas Willemze. Stelling na 20.Tfe1.
De torens van wit waren gebonden aan de zwakke pion op f2. Uiteindelijk won zwart f2 waardoor het uitspelen een kwestie van eindspeltechniek is die je de teamcaptain wel kan toevertrouwen. Zodoende werd het 2–1 voor BSG.
Zelf kwam ik (Lars) niet zo goed uit de opening. In een Semi-Slavisch had ik met wit een mooie stelling met ruimtevoordeel. Zwart had de verzwakking …h6 gespeeld waardoor bij een korte rokade Lxh6 altijd in de lucht hangt met een krachtige aanval. Natuurlijk ging mijn tegenstander voor de lange rokade. Dit had ik wat minder geanticipeerd waardoor zwart zich met precies spel uit de houdgreep worstelde. In een ogenschijnlijke rustige stelling ging ik de mist in, omdat mijn loper op g3 ongedekt was vanwege een penning.
Lars Ootes – Xavier Wundermann. Stelling na 21…Thd8.
Na 22.h5?! gxh5 23.Dxh5 f5! maakt zwart mooi gebruik van de penning van de e-pion. Mijn tegenstander kwam meteen aanvallend te staan maar zag niet hoe hij erdoorheen zou komen. Al snel kreeg hij de drang om zo veel mogelijk stukken af te ruilen. Daardoor kwam ik in een gunstig eindspel terecht waarin hij zich meteen tactisch verslikte en me de h-pion cadeau gaf. Het einde van de partij had nog wel een grappig matbeeld.
Stelling na 40…Ta2.
41.Td7! Wit kan meteen voor mat gaan! 41…Tf2 42.b4! Lb2 Deze zet kwam een beetje als een verrassing. Hier had ik een mooie afmaker (43.b5+ Ka5 44.Txb2! Txb2 45.Kc3), maar ik koos de andere route met 43.Th1. De matdreiging werd zwart fataal.
Zo stond er 3-1 op het scorebord. Op het eind was er nog een meevaller omdat Li zijn toreneindspel meesterlijk remise wist te houden. Dus waren de twee matchpunten binnen.
Thomas Dionisi – Li Riemersma. Stelling na 37.Kc6.
Wit kon op de laatste zet niet op c5 slaan vanwege torenverlies, maar nu verloor hij na 37…Td4 zijn f-pion en zijn winstkansen.
Als laatste was Robert nog bezig. In een verrassende opening offerde hij twee pionnen voor een grote ontwikkelingsvoorsprong. In de gecompliceerde stelling die resulteerde stond zwart onder druk en gaf hij een kwaliteit voor twee pionnen. Na de tijdcontrole kwam er een eindspel op het bord van toren en drie pionnen tegen loper en vier pionnen.
Robert Ris – Florent Samoun. Stelling na 43.Ta4.
Voor de mindere eindspelkenners is dit altijd een lastig moment, maar niet voor Robert. Al snel creëerde hij problemen voor zwart. Op het eind kwam nog een fundamenteel eindspel op het bord. Het lijkt alsof wit lastig door de verdediging van zwart kan gaan. Echter had Robert nog twee krachtzetten achter de hand.
Stelling na 80…Lc1
Eerst moest het veld g6 vrij worden gemaakt voor de witte koning door 81.g7! Na 81…Kh7 kwam ook nog 82.Tf7 op het bord om de zwarte koning af te snijden. Na 82…Ld2 83.g8D+ Kxg8 84.Kg6 Lb4 85.Tb7 Ld6 86.Td7 stond zwart machteloos tegen 87.Td8. Zodoende kwam de einduitslag van 4½-1½ op het bord. Hoewel de openingen voor onze tegenstanders waren, waren de eindspelen voor ons!
Bois-Colombes (2103) – BSG (2375) 1½-4½
1. Thomas Dionisi (2398) – Li Riemersma (2460) ½-½
2. Florent Samoun (2322) – Robert Ris (2435) 0-1
3. Elliot Papadiamandis (2149) – Thomas Willemze (2408) 0-1
4. Xavier Wundermann (2139) – Lars Ootes (2372) 0-1
5. Oscar Tardi (1931) – Ewoud de Groote (2292) 1-0
6. Herve Lalouette (1681) -Alexander van Beek (2281) 0-1
Lars Ootes
