Feestje in het denksportcentrum!


Door Paul Tuijp

Dit seizoen is BSG (weer?) met drie teams vertegenwoordigd in de KNSB en zaterdag 4 november mochten we met alle teams aantreden in ons eigen denksportcentrum. En wat een genoegen was dat. Om 12.30 uur stonden alle stukken al klaar. De bar was open (meteen een woord van dank voor André en mevrouw De Groote die de zaken prima op orde hadden) en het was heerlijk schaakweer.

Het eerste en tweede team speelden al hun 3e ronde, wij van BSG 3, speelden onze 2e ronde en waren klaargestoomd door captain Melchior. In de eerste ronde luidde het devies: tegenhouden op de eerste 4 borden en scoren op de onderste vier. Deze ronde mochten we allemaal voor de winst gaan.

En zo geschiedde. Op werkelijk elk bord stonden we na een paar uur spelen beter. Zo ook naast mij op bord 2, waar Rik de opening beter speelde dan zijn geroutineerde opponent. Hij kreeg na nog geen 20 zetten remise aangeboden, maar hoefde niet lang na te denken om door te gaan.
Bij Melchior leek het of zijn Aljechin geen tempoverlies, maar juist tempowinst had opgeleverd, Eddy stond klaar voor een e7-e5 in het Hollands (en dan sta je bijna per definitie beter) en Rob aan de andere zijde van mij, had ondanks enig afbreukschaak van zijn tegenstander een pion op de korrel die wel moest vallen.

Cees was na afloop niet zo te spreken over zijn behandeling van het Schots, maar daarna overspeelde hij zijn tegenstander en kon als eerste een punt aantekenen. Vervolgens waren er een paar kleine tegenvallers. Eddy stelde e7-e5 een zet te lang uit en kwam er toen niet meer doorheen, remise. Bij ondergetekende leek het nog slechter uit te vallen. In een voordelige positie kon ik me niet bedwingen om te offeren. Ik berekende immers, dat ik in alle varianten minstens een pion met goed spel zou overhouden. Maar zoals zo vaak, miste ik ook nu weer in een van de varianten een tussenzet, waardoor ik de pion wel voorbleef, maar een kwaliteit achter. Mijn tegenstander was kennelijk zo onder de indruk van mijn gedurfde spel dat hij een paar zetten later remise aanbood. Heel lang dacht ik niet na om het aan te nemen. En gelukkig kon het team dit lijden.

Hoewel. Het voordeel dat Rik had, was als sneeuw voor de zon verdwenen en het initiatief was helemaal naar de overkant gegaan. Hij vocht nog als een leeuw, maar de druk werd hem uiteindelijk te machtig. En waar ik het punt voor Rob al telde, sneuvelde ook daar al het voordeel. Rob offerde de kwaliteit, maar ook hij miste in de vooruitberekening een kleinigheid. Misschien moeten we allebei een lesje effectief rekenen nemen…
De laatste ‘tegenvaller’ viel nog bij Melchior te noteren. De activiteit die hij na de opening kon etaleren leidde niet tot dodelijke zwaktes bij zijn tegenstander. Zijn tegenstander -zowaar een dame en de zus van een clubgenoot van mij bij HWP Haarlem- speelde accuraat en gaf geen kansen weg.

De slotakkoorden waren voor onze bestuurders. Johan speelde een puike partij. Ik dacht zijn slotstelling, of beter de zet daarvoor, te kunnen onthouden, maar als je niet 3 zetten diep kan rekenen is dit ook een te grote opgave. Hij besloot in ieder geval met een studieuze torenzet die tot torenwinst of mat leidde.

En ook Jeroen liet zich van zijn beste kant zien. Met een originele Trompowsky nam hij snel het initiatief, en met een petite combinaison zette hij de partij definitief naar zijn hand:

Jeroen Olislagers – Jelle Vellema

Stelling na 23. Pd4xb5!

 

Ook 23. Pd4xf5 was ook sterk, maar na 23…, Ld7xb5 24. Td1xd5, Kd6-c7 25. Td5xb5 kon Jeroen op het gemak de partij uitschuiven. Hulde!

Daarmee kwamen de borden 6 t/m 8 tot 3 punten en hadden zij overduidelijk nog de tactiek van de eerste wedstrijd in het hoofd.

Na afloop werden de partijen en de wereldproblematiek tijdens een lekkere pizza nog even doorgenomen. Smaakte allemaal naar meer!

 

De einduitslag:

Comments & Responses

Geef een reactie