Statuten

Statuten Bussums Schaakgenootschap (zoals laatstelijk gewijzigd op 27 juni 1979)

NAAM en ZETEL

Artikel 1
De vereniging draagt de naam “Bussums Schaakgenootschap”. Zij is gevestigd te Bussum. De vereniging is opgericht op een oktober negentienhonderd elf.

DOEL en MIDDELEN

Artikel 2.
De vereniging stelt zich ten doel de beoefening van de schaaksport te stimuleren, in stand te houden en uit te breiden.
Zij tracht dit doel te bereiken langs wettige weg en wel door:
a. onderricht in de theorie;
b. de leden in de gelegenheid te stellen de schaaksport onderling te beoefenen;
c. het (mede) organiseren van en het deelnemen aan wedstrijden;
d. het uitnodigen van schaakmeesters;
e. alle andere wettige middelen, die voor het doel bevorderlijk kunnen zijn.

FINANCIEN

Artikel 3.
De inkomsten van de vereniging bestaan uit:
a. contributies;
b. donaties;
c. bijdragen van gemeentelijke en particuliere organen;
d. schenkingen, erfstellingen en legaten, met dien verstande, dat nalatenschappen niet worden

aanvaard dan onder het voorrecht van boedelbeschrijving; e. andere inkomsten en toevallige baten.

LEDEN.

Artikel 4.

  1. De vereniging kent gewone leden, ereleden, adspiranten en donateurs.

    Waar in deze statuten wordt gesproken over lidmaatschap wordt daaronder verstaan het lidmaatschap zowel van gewone leden, ereleden, adspiranten als het donateurschap tenzij het tegendeel blijkt

  2. Gewone leden van de vereniging zijn natuurlijke personen die tenminste zestien jaar oud zijn en als lid zijn toegelaten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5 of die de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt en tot het bereiken van die leeftijd al adspirant waren.
  3. Ereleden zijn zij die zich jegens de vereniging op bijzonder eervolle wijze onderscheiden hebben en die tot erelid zijn benoemd bij besluit van de algemene vergadering, genomen met een meerderheid van tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen, op voorstel van het bestuur of van tenminste vijf leden.
  4. Adspiranten zijn natuurlijke personen die de leeftijd van zestien jaar nog niet hebben bereikt en als adspirant zijn toegelaten overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.
  5. Donateurs zijn zij die zich bereid hebben verklaard de vereniging financieel te steunen met een door de algemene vergadering vast te stellen jaarlijkse minimum bijdrage.

    AANMELDING en TOELATING

Artikel 5.

  1. Aanmelding als lid van de vereniging geschiedt door het indienen bij de secretaris, of een

    ander door het bestuur daartoe aangewezen bestuurslid, van een ingevuld en ondertekend aanmeldingsformulier, zoals nader omschreven in het huishoudelijk reglement. Betreft het een aanmelding van een minderjarige dan moet dit formulier zijn mede ondertekend door de persoon die als wettelijke vertegenwoordiger van deze minderjarige optreedt.

  2. Het bestuur beslist omtrent toelating. De secretaris geeft van een besluit tot niet-toelating onverwijld schriftelijk kennis aan de kandidaat.
  3. Bij niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten, zulks naar aanleiding van een beroep van de kandidaat, ingediend bij de secretaris binnen veertien dagen na ontvangst van de kennisgeving als bedoeld in lid 2 van dit artikel. Het beroep wordt behandeld
    in de eerstvolgende algemene vergadering, waarin het besluit tot toelating slechts met een meerderheid van tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen kan worden genomen.

    EINDE van het LIDMAATSCHAP

Artikel 6.
1. Het lidmaatschap van de vereniging eindigt:
a. door overlijden;
b. door schriftelijke opzegging van het lid, de adspirant of de donateur. Deze opzegging kan

geschieden per de eerste dag van de volgende kalendermaand;
c. door schriftelijke opzegging namens de vereniging. Deze opzegging kan te allen tijde en zonder

inachtneming van een opzeggingstermijn geschieden door het bestuur, wanneer niet meer voldaan wordt aan de vereisten die door de statuten voor het lidmaatschap zijn gesteld; wanneer betrokkene zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;

d. door ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken door het bestuur, wanneer een lid of adspirant in strijd met de statuten, huishoudelijk reglement en /of besluiten van de vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.

2. Ten aanzien van een bestuurslid geschiedt de opzegging namens de vereniging en de ontzetting door de algemene vergadering. Hem staat geen beroep open als hierna is bedoeld.

3. Degene, ten aanzien van wie een besluit tot ontzetting is genomen, wordt ten spoedigste schriftelijk van het besluit en van de redenen tot het besluit in kennis gesteld. Hem staat binnen vier weken
na ontvangst van de kennisgeving beroep op de algemene vergadering open. Het beroep moet schriftelijk bij de secretaris worden ingediend,

4. Tenzij de betrokkene te kennen geeft dat het beroep behandeld kan worden op de eerstvolgende door het bestuur voorgenomen algemene vergadering, roept het bestuur binnen vier weken na ontvangst van het ingediende beroep een algemene vergadering bijeen ter behandeling van het beroep. De betrokkene wordt in de gelegenheid gesteld om zich tijdens de behandeling van het beroep op de algemene vergadering te verdedigen. Indien het beroep ongegrond wordt verklaard en indien de agenda van de betreffende vergadering geen andere punten bevat dan de opening, notulen van de vorige vergadering, behandeling van het beroep, rondvraag en sluiting, is de betrokkene aansprakelijk voor de kosten van het bijeenroepen en het houden van de vergadering, tenzij de algemene vergadering anders beslist

5. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is de betrokkene geschorst, evenwel met dien verstande dat hij bevoegd is alleen tijdens de behandeling van het beroep, de algemene vergadering bij te wonen waarin over het beroep wordt beslist en alsdan het woord te voeren. Hij heeft echter geen stemrecht.

6. Een lid of adspirant is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten.

7. In de gevallen genoemd in lid 1 onder a,c en d, van dit artikel, eindigt het lidmaatschap onmiddellijk.

SCHORSING.

Artikel 7.

  1. Leden en adspiranten, die handelen in strijd met de statuten en/of huishoudelijk reglement van

    de vereniging of die zich niet gedragen naar de besluiten van de algemene vergadering of naar besluiten die het bestuur van de vereniging genomen heeft, of die zich schuldig maken of hebben gemaakt aan wangedrag tijdens de door , of met medewerking van de vereniging gehouden aktiviteiten, kunnen door het bestuur worden geschorst voor maximaal vier weken.

  2. Geschorste leden zijn verstoken van alle rechten, welke uit het lidmaatschap voortvloeien, behoudens die welke voortvloeien uit art 6 leden 2 tot en met 5 die van toepassing zijn.

    RECHTEN en VERPLICHTINGEN

Artikel 8

  1. Onverminderd het overigens bij de wet of bij deze statuten bepaalde, hebben de leden en de

    adspiranten het recht om van de door het bestuur aan te wijzen faciliteiten en eigendommen van de vereniging gebruik te maken. Dit gebruik moet geschieden overeenkomstig de bestaande of nog te maken reglementen, besluiten en gebruiken en eventueel onder de voorwaarden, als door het bestuur zijn of zullen worden vastgesteld.

  2. De gewone leden, adspiranten en donateurs zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, die bij besluit van de algemene vergadering wordt vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld die een verschillende bijdrage betalen. Tevens kan de algemene vergadering besluiten dat bij de aanvang van het lidmaatschap van gewone leden en adspiranten een door haar vast te stellen inschrijfgeld verschuldigd wordt.
  3. Het bestuur bepaalt op welke wijze en op welke datum uiterlijk aan de financiële verplichtingen moet zijn voldaan.
  4. Personen van wie het lidmaatschap een aanvang heeft genomen of is geëindigd of die zijn geschorst, zijn over het verenigingsjaar, waarin de aanvang, het einde of de schorsing plaats vindt, de contributie voor het geheel verschuldigd, tenzij het bestuur anders besluit.
  5. Het bestuur kan, wanneer dit naar zijn oordeel redelijk is, in speciale gevallen, besluiten dat het door het lid of adspirant verschuldigde, geheel of gedeeltelijk niet zal worden ingevorderd. Een zodanig besluit wordt de betrokkene door de penningmeester schriftelijk medegedeeld, waarna binnen dertig dagen betaling moet plaatsvinden van het bedrag, dat wel wordt ingevorderd, bij gebreke waarvan het besluit vervalt.
  6. Alle op de invordering van gelden vallende kosten komen voor rekening van de betrokkene. De invordering van gelden met buitengewone middelen, zoals de tussenkomst van een incasso-bureau of deurwaarder geschiedt krachtens bestuursbesluit.
  7. Ereleden hebben dezelfde rechten en verplichtingen als in de Wet en deze statuten aan gewone leden zijn toegekend, zij zijn echter vrijgesteld van de verplichting tot betaling van contributie.
  8. Adspiranten hebben dezelfde rechten en verplichtingen als gewone leden, met inachtneming van artikel 16 lid 3.
  9. Donateurs hebben als toeschouwer steeds toegang tot alle evenementen van de vereniging en ontvangen het door de vereniging uitgegeven clubblad. Zij hebben recht op deelneming aan alle aktiviteiten buiten het normale clubprogramma om, zoals bridgedrives, feestavonden, instuifmiddagen, lezingen etcetera.

    BESTUUR.

Artikel 9.

  1. Het bestuur bestaat uit een oneven aantal leden met een minimum van vijf, waaronder een

    voorzitter, een secretaris en een penningmeester. Ten minste drie bestuursleden moeten

    meerderjarig zijn.

  2. Bestuursleden worden gekozen en benoemd door de algemene vergadering uit een lijst van door het

    bestuur en/of leden gestelde kandidaten.

  3. Jaarlijks treedt tenminste ee bestuurslid af, volgens een door het bestuur op te maken rooster. Het

    bestuur kan besluiten, dat meer dan een bestuurslid jaarlijks aftreedt. Aftredende bestuursleden zijn

    terstond herkiesbaar.

  4. Nieuwbenoemde bestuursleden aanvaarden hun functie terstond na hun benoeming en nemen op

    het rooster van aftreden de plaats van hun voorgangers in. De algemene vergadering kan voor de

    aanvaarding echter een ander tijdstip vaststellen.

  5. De schorsing van een bestuurslid, die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door ontslag, eindigt

    door verloop van die termijn.

  6. Schorsing van een bestuurslid als lid van de vereniging houdt tevens in schorsing als bestuurslid. Het

    einde van het lidmaatschap houdt tevens in het einde van het bestuurslidmaatschap.

  7. De wijze van verkiezing, aftreden en/of vervanging van bestuursleden wordt nader bij het

    huishoudelijk reglement geregeld.

  8. De algemene vergadering kan een bestuurslid te allen tijde ontslag verlenen. Het

    bestuurslidmaatschap eindigt ook wanneer het bestuurslid zijn functie wenst neer te leggen.

  9. Bij een vakature in het bestuur voorziet de eerstvolgende algemene vergadering in deze vakature.
  10. Indien in het bestuur een of meer vakatures ontstaan, blijven de overblijvende bestuursleden een

    bevoegd college vormen, tenzij het aantal zitting hebbende bestuursleden minder bedraagt dan het aantal vakatures. In dat laatste geval zijn de overgebleven bestuursleden verplicht binnen een termijn van een maand na het ontstaan van de laatste vakature een algemene vergadering bijeen te roepen, waarin wordt voorzien in de ontstane vakatures.

  11. Bestuursbesluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen.
  12. Van het verhandelde in elke vergadering worden notulen opgemaakt, die na goedkeuring door het

    bestuur op de eerstvolgende vergadering worden vastgesteld en door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend.

    TAAK en BEVOEGDHEDEN van het BESTUUR

Artikel 10.
1.Het bestuur is belast met het besturen van de vereniging. De vereniging wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris, de voorzitter tezamen met de penningmeester, dan wel de secretaris tezamen met de penningmeester.
Het bestuur is onder meer bevoegd tot:
a. het huren, verhuren of op andere wijze in gebruik of genot verkrijgen van onroerende goederen; b. het sluiten en wijzigen van arbeidsovereenkomsten;
c. het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een (bank)krediet wordt verleend; d. het ter leen verstrekken van gelden, alsmede het ter leen opnemen van geld, waaronder niet is

begrepen het gebruikmaken van een aan de vereniging verleend bankkrediet;
e. het instellen van bijzondere commissies van bijstand, welke normaliter niet door de algemene

ledenvergadering worden of zijn ingesteld en wel voor een periode van maximaal een jaar of tot een tijdstip van de eerstvolgende algemene vergadering, alwaar de commissie wordt herbenoemd overeenkomstig het bepaalde in lid 5 van dit artikel.

3. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering bevoegd tot:
a. het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of het bezwaren van registergoederen b. het sluiten van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar

verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een derde

verbindt;
c. het verrichten van rechtshandelingen waarvan de financiële betekenis of onbepaald is of een bij

huishoudelijk reglement te bepalen bedrag te boven gaat, of waardoor de vereniging voor langer

dan een jaar gebonden wordt;
d. het aangaan van dadingen;
e. het optreden in rechte, waaronder begrepen het voeren van arbitrale procedures, doch

met uitzondering van het nemen van conservatoire maatregelen en van het nemen van die rechtsmaatregelen, die geen uitstel kunnen lijden. Op het ontbreken van deze goedkeuring van de algemene vergaderingkan, wat betreft sub a en b bedoelde rechtshandelingen, door het bestuur tegen derden, dan wel door derden tegen de vereniging wel een beroep worden gedaan, terwijl op het ontbreken van deze goedkeuring van de algemene vergadering, wat betreft de sub c tot en met e bedoelde rechtshandelingen, geen beroep kan worden gedaan.

4. Het bestuur kan met inachtneming van de voorgaande leden van dit artikel binnen de grens van zijn bevoegdheden een of meer van lijn leden schriftelijk machtigen voor het bestuur of de vereniging op te treden.

5. Het bestuur kan uit de leden en/of adspiranten een of meer commissies instellen, waarvan de leden voor een periode van maximaal een jaar (behoudens verlenging met maximaal drie jaar) worden (her) benoemd door de algemene vergadering.

BESTUURSVERGADERINGEN.

Artikel 11.

  1. De voorzitter bepaalt waar en wanneer een bestuursvergadering wordt gehouden. Hij is verplicht

    deze bijeen te roepen op verzoek van tenminste twee bestuursleden.

  2. De voorzitter stelt de agenda vast. Hij is verplicht een bepaald onderwerp op de agenda te plaatsen

    op verzoek van tenminste twee bestuursleden. Indien aan dit verzoek binnen tien dagen geen gevolg wordt gegeven en de bestuursvergadering niet binnen twintig dagen na indiening van het verzoek wordt gehouden, zijn de verzoekers zelf tot bijeenroeping bevoegd.

  3. De voorzitter heeft de bevoegdheid de beraadslaging over een aan de orde zijnd onderwerp te sluiten, tenzij het bestuur anders besluit.
  4. Bij het staken van stemmen heeft de voorzitter een beslissende stem.
  5. De secretaris houdt notulen bij, tenzij het bestuur besluit te volstaan met een besluitenlijst. De

    notulen casu quo de besluitenlijst worden door het bestuur vastgesteld.

    REKENING en VERANTWOORDING.

Artikel 12.
1. Het verenigingsjaar loopt van een augustus tot en met een en dertig juli.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te

doen houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend,
3. Uiterlijk in de maand september wordt een algemene vergadering -de jaarvergadering- gehouden en daarin brengt het bestuur zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans en een

exploitatierekening, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerde

beleid.
4. De algemene vergadering benoemt uit de leden een commissie van ten minste drie personen

die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. Deze commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering schriftelijk verslag van haar bevindingen uit. Na accoordbevinding worden de exploitatierekening en de balans door de commissie ondertekend. Verkiezing, vervanging en/of aftreden van deze commissieleden wordt nader geregeld bij het huishoudelijk reglement.

5. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de commissie van onderzoek zich door een deskundige laten bijstaan. Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boeken en bescheiden van de vereniging te geven.

6. De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door instelling van een andere commissie.

ALGEMENE VERGADERINGEN.

Artikel 13.
1.Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2. Ten minste eenmaal per jaar wordt een vergadering als bedoeld in artikel 12 lid 3 gehouden. 3.Andere algemene vergaderingen als de vorenbedoelde vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk acht of wanneer het daartoe volgens de wet of de statuten verplicht is.

  1. Een algemene vergadering wordt voorts gehouden op schriftelijk verzoek van tenminste tien leden

    dan wel zoveel leden als tezamen bevoegd zijn ee/tiende gedeelte van de stemmen in een algemene

    vergadering uit te brengen.

  2. Ieder lid en adspirant heeft de bevoegdheid ter vergadering het woord te voeren en voorstellen te

doen.

Artikel 14.

OPROEPING ter ALGEMENE VERGADERING.

  1. Algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door middel van een schriftelijke kennisgeving, welke aan de leden wordt toegezonden tenminste zeven dagen te voren, de dag van oproeping en de vergadering niet meegerekend, zulks met inachtneming van de artikelen 19 en 20.
  2. Adspiranten kunnen van het houden van een algemene vergadering op de hoogte worden gesteld op een door het bestuur te bepalen wijze.
  3. De kennisgevingen bevatten de vermelding van tijd en plaats van de te houden vergadering, alsmede de agenda, behoudens het bepaalde in artikel 15 lid 3, doch onverminderd het bepaalde in de artikelen 19 en 20.
  4. Indien aan een verzoek, als bedoeld in artikel 13 lid 4 binnen veertien geen gevolg wordt gegeven, dan kunnen de verzoekers zelf tot de bijeenroeping overgaan op de wijze, als bepaald in lid 1 van dit artikel. De verzoekers bepalen alsdan zelf op welke wijze de adspiranten van de te houden vergadering op de hoogte zullen worden gebracht.
  5. Indien de verzoekers niet in staat zij de vergadering bijeeen te roepen op de wijze als in het vorige lid is bedoeld, kunnen zij de vergadering bijeen roepen bij advertentie in tenminste een ter plaatse waar de vereniging gevestigd is, veel gelezen dagblad.

    AGENDA van de ALGEMENE VERGADERING.

Artikel 15.
1. OP de jaarvergadering, als bedoeld in artikel 12 lid 3 komen onder meer aan de orde:
a. de notulen van de laatstgehouden algemene vergadering;
b. het jaarverslag, als bedoeld in artikel 12 lid 3;
c. het verslag van de commissie, als bedoeld in artikel 12 lid 4;
d. de rekening en verantwoording, als bedoeld in art 12 lid 3;
e. de instelling van de in artikel 12 genoemde commissie voor het volgende verenigingsjaar; f. de begroting voor het komende verenigingsjaar, welke door de vergadering moet worden

goedgekeurd;
g. de vaststelling van de contributie, het entreegeld en de minimum donatie;
h. voorzien in bestuursvakatures;
i. de (her)verkiezing van aftredende bestuursleden;
j. de (her)verkiezing van commisssieleden;
k. voorstellen van de zijde van het bestuur;
l. voorstellen van leden/adspiranten;
m. wat verder ter tafel komt.
2. Op schriftelijk verzoek van tenminste tien leden, of zoveel minder als tezamen bevoegd zijn een/

tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering uit te brengen, is het bestuur verplicht een opgegeven punt op de agenda te plaatsen, mits zodanig verzoek wordt ontvangen ten minste tien dagen voor de algemene vergadering, de dag van de ontvangst en van de vergadering niet meegerekend.

3. Wordt een verzoek, om een punt op de vergadering te plaatsen niet ontvangen voor de hiervoor bepaalde dag, dan kan het bestuur alsnog besluiten het opgegeven punt op de agenda te plaatsen. De secretaris doet daarvan zo mogelijk onverwijld schriftelijk mededeling aan de leden. Heeft geen zodanige mededeling plaatsgevonden, dan kan de algemene vergadering besluiten het opgegeven punt niet in behandeling te nemen.

4. Indien een opgegeven punt niet in behandeling wordt genomen zal het punt op de agenda van de eerstvolgende algemene vergadering moeten worden geplaatst.

5. In afwijking van het vorenstaande moet een voorstel tot statutenwijziging worden ontvangen tenminste dertig dagen voor da algemene vergadering, de dag van ontvangst en van de vergadering niet meegerekend. Het bepaalde in lid 3 is in dat geval niet van toepassing. Het bestuur is verplicht alle vereiste maatregelen te treffen.

TOEGANG en STEMRECHT

Artikel 16.

  1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden, adspiranten en donateurs van de

    vereniging. Geen toegang hebben geschorste bestuursleden en -met inachtneming van het tweede

    lid van artikel 7- geschorste leden en adspiranten.

  2. Over toelating van andere dan in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur.
  3. Ieder lid, dat niet is geschorst, heeft een stem, adspiranten en donateurs hebben geen stemrecht.
  4. Het uitbrengen van zijn stem bij volmacht is slechts toegestaan met vooraf verleende toestemming

    van het bestuur.

    VOORZITTERSCHAP-NOTULEN

Artikel 17.

  1. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter of zijn plaatsvervanger. Ontbreken de

    voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt een van de andere bestuursleden, door het bestuur aan te wijzen, op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering zelve in haar leiding.

  2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon, notulen gehouden, die na goedkeuring door de algemene vergadering in haar eerstvolgende vergadering worden vastgesteld en alsdan door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend. Zij, die de vergadering bijeenroepen als bedoeld in artikel 14 lid 4, kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht.

    BESLUITVORMING in de ALGEMENE VERGADERING.

Artikel 18.

  1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter, dat door de vergadering een

    besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voorzover

    gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.

  2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid

    ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.

  3. Een algemene vergadering kan slechts geldige besluiten nemen indien tenminste een/vijfde van
    het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is. Is dit vereiste aantal stemgerechtigde leden niet aanwezig dan moet binnen veertien dagen daarna een tweede algemene vergadering met dezelfde te behandelen onderwerpen worden bijeengeroepen, die alsdan geldige besluiten kan nemen, ongeacht het aantal aanwezig stemgerechtigde leden.
  4. Voorzover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met meerderheid van stemmen.
  5. Ongeldige en blanco stemmen worden beschouwd niet te zijn uitgebracht.
  6. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft

    een tweede stemming plaats. Heeft ook dan niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats totdat hetzij een persoon de meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemmingen ( waaronder niet begrepen is de tweede stemming ) wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij de voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan een persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.

  7. Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, dan is het voorstel verworpen.
  8. Stemmingen niet rakende verkiezing van personen, geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht, of een der stemgerechtigden zulks voor de stemming verlangt. Stemmingen over personen geschieden uitsluitend schriftelijk. Schriftelijk stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een temgerechtigde hoofdelijk of schriftelijke stemming verlangt.
  9. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in vergadering bijeen, mits met voorkennis van het bestuur genomen, heeft dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering.
  10. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding- ook al heeft geen oproeping plaats gehad, is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied, of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.

    STATUTENWIJZIGING.

Artikel 19.
1.De statuten van de vereniging kunnen worden gewijzigd door een besluit van een algemene vergadering, mits de oproeping tot deze vergadering tenminste vier weken tevoren heeft plaatsgevonden en in de oproeping het voorstel tot statutenwijziging woordelijk is vermeld.

  1. Een besluit tot statutenwijziging moet worden genomen met een meerderheid van tenminste twee/

    derde van de geldig uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde van het aantal leden aanwezig is. Is niet twee/derde van de leden aanwezig, dan wordt binnen drie weken daarna een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden, waarin over het voorstel zoals in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal aanwezige leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen.

  2. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt.

    ONTBINDING.

Artikel 20.

  1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering; het bepaalde

    in de leden 1 en 2 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing.

  2. De vereffening van het vermogen van de ontbonden vereniging geschiedt door het bestuur, tenzij bij

    het besluit tot ontbinding een of meer anderen tot vereffenaar zijn aangewezen.

  3. Het batig saldo na vereffening vervalt aan degenen, die ten tijde van het besluit tot ontbinding

    lid waren. Ieder van de leden ontvangt een deel dat evenredig is aan de hoogte van de in het verenigingsjaar waarin de ontbinding plaats heeft, verschuldigde contributie. Bij een besluit tot ontbinding kan echter ook een andere bestemming aan het batig saldo worden gegeven.

    ( HUISHOUDELIJK) REGLEMENT.

Artikel 21.
1. De algemene vergadering kan een huishoudelijk reglement alsook andere reglement(en) vaststellen.

2. Een (huishoudelijk) reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.